In deze verleidelijke scene neemt een bloedmooie ebbenhouten godin de controle over een blonde onderdanige. De dame, een ware meesteres van dominantie, is gekleed in zwart leer, haar elke beweging die kracht en gezag uitstraalt. Ze gebiedt haar slaaf, een mooie blonde vrouw, om voor haar te knielen. De slaaf gehoorzaamt, haar ogen neergeslagen in onderdanigheid. De domina gaat dan over tot het binden van haar slaven handen en voeten, haar kwetsbaar en bloot achterlatend. De slavin jammert, maar ze weet beter dan ongehoorzaam te zijn. De dominie neemt haar tijd, geniet van elk moment van haar lijdende slaven. Ze slaat het gezicht van de slaaf, haar hand prikt met de inslag. De slaef, maar ze kent haar plaats niet als een genotsscène, maar als een tafereel van genot. Het is een scène van overheersing en onderwerping aan haar onderdanige slaaf, die zich gewillig onderwerpt aan de regels van haar macht, elk moment van het lijden.